De polygraaf is een psychofysiologisch meetinstrument dat wordt ingezet om de betrouwbaarheid van zelfrapportage te meten door lichamelijke reacties zoals hartslag, ademhaling, huidgeleiding en bloeddruk te registreren tijdens een gestructureerd interview. Het onderliggende principe is dat leugenachtig gedrag gepaard gaat met afwijkende fysiologische reacties, waardoor men kan nagaan welke antwoorden mogelijk op onwaarheid berusten.
Volwassenen
- Fysiologische sensoren: hartslagmeter, ademhalingssensoren, huidgeleidingssensor,
bloeddrukmeter, spierspanningssensoren
- Polygraafapparaat: een digitaal systeem dat alle signalen registreert en opslaat.
- Software voor patroonherkenning
- Interviewprotocol: gestructureerde vragenlijst die tijdens het polygrafisch interview wordt gebruikt.
- Rapportagesysteem: voor het vastleggen en interpreteren van de resultaten door een getrainde specialist.
In Nederland wordt de polygraaf sporadisch toegepast, vooral in wetenschappelijk onderzoek en binnen politieonderzoek (niet standaard).
In de forensische context kan de polygraaf gebruikt worden om
- aanvullende informatie te verkrijgen over eerder gepleegde delicten;
- risicotaxatie te verfijnen, bijvoorbeeld bij zedendelinquenten;
- openheid van zaken te bevorderen, gebaseerd op het zogenaamde bogus pipeline-effect: de overtuiging bij de betrokkene dat leugens worden gedetecteerd, leidt tot meer spontane bekentenissen.
De polygraaftest biedt echter geen bewijs voor leugenachtigheid. De gemeten fysiologische reacties (zoals hartslag, ademhaling, huidgeleiding en bloeddruk) kunnen namelijk beïnvloed worden door stress, angst of andere emoties, en zijn dus niet exclusief gekoppeld aan liegen. De polygraaf is een aanvullend hulpmiddel dat fysiologische reacties registreert. De testresultaten zijn onvoldoende betrouwbaar om er beslissingen op te baseren in juridische of behandelcontext.
De kwaliteit van dit instrument is niet beoordeeld door de Commissie Testaangelegenheden Nederland (COTAN).