De Novaco Anger Scale-Provocative Inventory (NAS-PI; Novaco, 1994) is een zelfrapportagevragenlijst. De lijst bestaat uit twee delen, deel A (de NAS) en deel B (de PI). Deel A telt 60 vragen, deel B 25. A-vragen bieden de keuze uit 3 antwoordalternatieven: ‘never true’, ‘sometimes true’ en ‘always true’. B-vragen bieden 4 antwoordalternatieven: ‘not at all angry’, ‘a little angry’, fairly angry’ en ‘very angry’. De vragen zijn alle veranderingsgevoelig (geen statische items, alleen dynamische). Novaco (2003, p. 1) omschrijft de vragenlijst als volgt: ‘The Novaco Anger Scale and Provocation Inventory (NAS-PI) is a two-part test designed to assess anger as a problem of psychological functioning and physical health and to assess therapeutic change. De NAS bestaat uit 5 schalen: Cognitive (COG), Arousal (ARO), Behavioral (BEH) en Anger Regulation (REG) alsmede een NAS-totaalscore. De Provocation Inventory telt 25 items (PI-items). ‘PI items focus on the kinds of situations that lead to anger in five content areas –disrespectful treatment, unfairness, frustration, annoying traits of others, and irritations –to produce a single Total PI-score.’ ‘Wherever possible, the tow parts of the questionnaire should be administered together.’
De NAS-PI werd genormeerd op een Amerikaanse gestratificeerde steekproef van 1.546 personen met leeftijden van 9 tot 84 jaar. Normen zijn er voor twee leeftijdsgroepen: 9-18 jaar en 19 jaar en ouder.
Er is een Nederlandse versie (De Ruiter, 2002), maar die is niet genormeerd en geautoriseerd door Novaco. In de Van Mesdagkliniek wordt gewerkt met een eigen vertaling met toestemming van Novaco.
Inzake betrouwbaarheden: de interne consistenties zijn goed, α-waarden zijn .70 en hoger (tot .94 voor de NAS-totaalscore). Ook de α-waarden voor de PI-subscalen zijn minimaal .73 (maximaal .95). De correlatie met de hierna nog te bespreken BDHI is
r = .82 en met andere agressiematen variërend van .58 tot .78.
Een factoranalyse over alle NAS-items leverde 3 factoren op. Ten eerste ‘aggressive striking out’ (agressief reageren). Ten tweede ‘hot reaction, high intensity arousal, including
impulsivness’ (heftig reageren en impulsiviteit) en ten derde ‘cognitive disturbance’ (cognitieve
vertekeningen –in de sociale informatieverwerking).
In een onderzoek door Hornsveld et al. (2009) werd De Nederlandse versie van de NAS-PI onderzocht in een groep mannelijke forensisch psychiatrische patiënten (klinische en poliklinische) en in een groep van VMBO-leerlingen (vrouwen en mannen) De meeste psychometrische eigenschappen van de NAS en van de PI bleken goed, maar de subschaal structuur van de NAS 48 kon in beide groepen niet geconfirmeerd worden. Helaas leverde de drie-factoren structuur van de NAS 25 ook geen acceptabele fit op. De validiteit van zowel de 48-item als de 25-item versie van de NAS kon voldoende worden ondersteund, aangezien scores op de vragenlijst op een betekenisvolle wijze correleerden met andere maten voor woede,agressie en persoonlijkheid. Helaas bleken de klinische patiënten lager te scoren op beide versies van de NAS dan de VMBO-leerlingen.